
Willy Zaagsma-Groenendaal (73) is dit jaar maar liefst 20 jaar vrijwilliger bij UVV. Zij doet sinds 1999 vrijwilligerswerk bij het Oogziekenhuis en is inmiddels 6 jaar bezoekmaatje bij een oudere dame.
Even voorstellen
‘Ik ben geboren en getrouwd in Amsterdam. Daarna zijn we naar Leiderdorp verhuisd omdat mijn man daar een baan kreeg. Ik werkte bij een accountantskantoor. Na de geboorte van de kinderen ben ik een aantal jaar thuis gebleven. Daarna ben ik bij de Bavo gaan werken en gingen we in Rotterdam wonen. Inmiddels woon ik alweer bijna 22 jaar in dit appartement.’
Drukke agenda
‘Naast vrijwilligerswerk bij het Oogziekenhuis en bij een dame op bezoek gaan, doe ik ook nog vrijwilligerswerk op een basisschool en bij Stichting Vier het Leven. Ik haal dan oudere mensen thuis op om samen naar een voorstelling in het Oude of Nieuwe Luxor te gaan. Het is allemaal heel gezellig en leuk om te doen. Maar het vrijwilligerswerk is niet het enige wat ik doe. Ik heb ook nog twee kleinkinderen, met hen ga ik wel eens mee naar activiteiten. Ook zit ik op een fotoclub en doe ik aan dansen, badmintonnen en medische fitness. Soms denk ik weleens: Jeetje, wat doe ik eigenlijk veel.’
Motivatie voor vrijwilligerswerk
‘In totaal ben ik al 42 jaar vrijwilliger. Toen ik begon, was ik zo rond de 30 jaar oud. Ik was eigenlijk wel een van de jongsten, het waren toen toch meer de oudere dames die vrijwilligerswerk deden. Ik ben er eigenlijk ingerold door de voorzitter van UVV Leiderdorp, waar ik al contact mee had. Zij zei tegen mij: ‘Is vrijwilligerswerk niet wat voor jou?’ Ik ben ermee gestart toen ik niet werkte, maar ben het blijven doen toen ik weer een baan had. Ik vond namelijk dat ik ook iets moest doen wat geen geld oplevert.’
Gastvrouw bij het Oogziekenhuis
‘In het Oogziekenhuis begin ik om 7.30 uur. Ik moet dan om 6.15 uur opstaan, dat vind ik wel een beetje een dingetje hoor! Maar als ik eenmaal uit bed ben, dan gaat het wel weer. Bij het Oogziekenhuis ga ik gelijk aan de slag. Van alle patiënten die binnenkomen, registreer ik de namen. Dan vraag ik hen om de sieraden af te doen en of zij iets te drinken willen. Als zij klaar zijn, geef ik dat door aan de verpleging. De werkwijze is in de loop van de jaren best wel veranderd. Vroeger moesten de patiënten zich helemaal uitkleden en zo’n operatiejurk aan en ook de verpleging moest jassen en sloffen aan. Dat is nu veel soepeler. Ook moet er nu veel meer tempo gemaakt worden en is de verdoving veranderd. Ik moest een tijdje terug wel lachen bij een vergadering. Er werd aan ons gevraagd wat we van de nieuwe werkwijze vonden. Ik zeg: ‘Nou, ik zie wel weer een hoop dingen terugkomen’. De meesten weten dat niet, omdat ze er nog niet zo lang werken, maar ik heb in die 20 jaar natuurlijk alle veranderingen meegemaakt.’
Dankbaar
‘Het contact met de patiënten is niet echt veranderd. Ik merk dat mensen het heel fijn vinden dat je er bent. Ze zeggen als ze weggaan bijvoorbeeld: ‘Bedankt hè, voor de fijne zorgen’. Er zijn ook patiënten die echt verschrikkelijk zenuwachtig zijn. Dan benoem ik dit bij de verpleging en krijgen ze iets waar ze wat rustiger van worden. Achteraf zeggen de meeste patiënten dat het toch wel meeviel. En trouwens, het verplegend personeel vindt het ook heel fijn dat we er zijn, want we nemen toch veel uit handen. Van simpele dingen, tot aan patiënten die erg zenuwachtig zijn en gerustgesteld moeten worden. Er was eens een vrouw die zo zenuwachtig was, dat ze ervan moest huilen. Ik heb toen op haar ingepraat en aan het eind werd ik door haar gezoend en bedankt. Dat gebeurt wel vaker, alleen dan niet tot zoenen aan toe. Het komt ook wel eens voor dat iemand wat lekkers komt brengen voor de afdeling. Wat ik verder erg leuk vind aan het werk in het Oogziekenhuis is dat je met veel verschillende mensen in contact komt. Daarnaast heb ik ook een leuke groep collega’s. Ik heb er dus veel plezier in, anders was ik er wel eerder mee gestopt.
Bezoekmaatje
‘Mijn man is in 2012 overleden en dan moet je ook weer een beetje je eigen weg volgen. Ik ben toen gestart met Bezoekmaatje. De mevrouw die ik nu bezoek vindt het erg gezellig als ik langskom. We kunnen goed praten en gaan altijd even een blokje om. Zelf vind ik het ook reuzegezellig. We praten over van alles en nog wat, zelfs over dingen die je niet verwacht bij een 92-jarige. We zijn eigenlijk nooit uitgepraat.’
Tip van Willy
‘Het is belangrijk dat je je vrijwilligerswerk leuk vindt. Als ik er met tegenzin naartoe zou gaan, dan had ik er natuurlijk niet zolang mee doorgegaan. Je motivatie is ook belangrijk, het moet wel uit jezelf komen. Je moet je niet verplicht voelen om het te doen, maar daar heb ik geen last van. Zolang als ik kan, ga ik door met vrijwilligerswerk. Het geeft echt voldoening, ik vind het leuk en de communicatie met de mensen is heel fijn.’
Even voorstellen
‘Ik ben geboren en getrouwd in Amsterdam. Daarna zijn we naar Leiderdorp verhuisd omdat mijn man daar een baan kreeg. Ik werkte bij een accountantskantoor. Na de geboorte van de kinderen ben ik een aantal jaar thuis gebleven. Daarna ben ik bij de Bavo gaan werken en gingen we in Rotterdam wonen. Inmiddels woon ik alweer bijna 22 jaar in dit appartement.’
Drukke agenda
‘Naast vrijwilligerswerk bij het Oogziekenhuis en bij een dame op bezoek gaan, doe ik ook nog vrijwilligerswerk op een basisschool en bij Stichting Vier het Leven. Ik haal dan oudere mensen thuis op om samen naar een voorstelling in het Oude of Nieuwe Luxor te gaan. Het is allemaal heel gezellig en leuk om te doen. Maar het vrijwilligerswerk is niet het enige wat ik doe. Ik heb ook nog twee kleinkinderen, met hen ga ik wel eens mee naar activiteiten. Ook zit ik op een fotoclub en doe ik aan dansen, badmintonnen en medische fitness. Soms denk ik weleens: Jeetje, wat doe ik eigenlijk veel.’
Motivatie voor vrijwilligerswerk
‘In totaal ben ik al 42 jaar vrijwilliger. Toen ik begon, was ik zo rond de 30 jaar oud. Ik was eigenlijk wel een van de jongsten, het waren toen toch meer de oudere dames die vrijwilligerswerk deden. Ik ben er eigenlijk ingerold door de voorzitter van UVV Leiderdorp, waar ik al contact mee had. Zij zei tegen mij: ‘Is vrijwilligerswerk niet wat voor jou?’ Ik ben ermee gestart toen ik niet werkte, maar ben het blijven doen toen ik weer een baan had. Ik vond namelijk dat ik ook iets moest doen wat geen geld oplevert.’
Gastvrouw bij het Oogziekenhuis
‘In het Oogziekenhuis begin ik om 7.30 uur. Ik moet dan om 6.15 uur opstaan, dat vind ik wel een beetje een dingetje hoor! Maar als ik eenmaal uit bed ben, dan gaat het wel weer. Bij het Oogziekenhuis ga ik gelijk aan de slag. Van alle patiënten die binnenkomen, registreer ik de namen. Dan vraag ik hen om de sieraden af te doen en of zij iets te drinken willen. Als zij klaar zijn, geef ik dat door aan de verpleging. De werkwijze is in de loop van de jaren best wel veranderd. Vroeger moesten de patiënten zich helemaal uitkleden en zo’n operatiejurk aan en ook de verpleging moest jassen en sloffen aan. Dat is nu veel soepeler. Ook moet er nu veel meer tempo gemaakt worden en is de verdoving veranderd. Ik moest een tijdje terug wel lachen bij een vergadering. Er werd aan ons gevraagd wat we van de nieuwe werkwijze vonden. Ik zeg: ‘Nou, ik zie wel weer een hoop dingen terugkomen’. De meesten weten dat niet, omdat ze er nog niet zo lang werken, maar ik heb in die 20 jaar natuurlijk alle veranderingen meegemaakt.’
Dankbaar
‘Het contact met de patiënten is niet echt veranderd. Ik merk dat mensen het heel fijn vinden dat je er bent. Ze zeggen als ze weggaan bijvoorbeeld: ‘Bedankt hè, voor de fijne zorgen’. Er zijn ook patiënten die echt verschrikkelijk zenuwachtig zijn. Dan benoem ik dit bij de verpleging en krijgen ze iets waar ze wat rustiger van worden. Achteraf zeggen de meeste patiënten dat het toch wel meeviel. En trouwens, het verplegend personeel vindt het ook heel fijn dat we er zijn, want we nemen toch veel uit handen. Van simpele dingen, tot aan patiënten die erg zenuwachtig zijn en gerustgesteld moeten worden. Er was eens een vrouw die zo zenuwachtig was, dat ze ervan moest huilen. Ik heb toen op haar ingepraat en aan het eind werd ik door haar gezoend en bedankt. Dat gebeurt wel vaker, alleen dan niet tot zoenen aan toe. Het komt ook wel eens voor dat iemand wat lekkers komt brengen voor de afdeling. Wat ik verder erg leuk vind aan het werk in het Oogziekenhuis is dat je met veel verschillende mensen in contact komt. Daarnaast heb ik ook een leuke groep collega’s. Ik heb er dus veel plezier in, anders was ik er wel eerder mee gestopt.
Bezoekmaatje
‘Mijn man is in 2012 overleden en dan moet je ook weer een beetje je eigen weg volgen. Ik ben toen gestart met Bezoekmaatje. De mevrouw die ik nu bezoek vindt het erg gezellig als ik langskom. We kunnen goed praten en gaan altijd even een blokje om. Zelf vind ik het ook reuzegezellig. We praten over van alles en nog wat, zelfs over dingen die je niet verwacht bij een 92-jarige. We zijn eigenlijk nooit uitgepraat.’
Tip van Willy
‘Het is belangrijk dat je je vrijwilligerswerk leuk vindt. Als ik er met tegenzin naartoe zou gaan, dan had ik er natuurlijk niet zolang mee doorgegaan. Je motivatie is ook belangrijk, het moet wel uit jezelf komen. Je moet je niet verplicht voelen om het te doen, maar daar heb ik geen last van. Zolang als ik kan, ga ik door met vrijwilligerswerk. Het geeft echt voldoening, ik vind het leuk en de communicatie met de mensen is heel fijn.’